/>

Het museum wilde in de tentoonstelling Schaduwen op de Atlantische Oceaan teksten en woorden gebruiken die helder en duidelijk zijn. Ook streefden we naar woorden die bezoekers niet zouden kwetsen en die koloniale geschiedenis niet mooier maken dan deze was. Daarbij moesten we keuzes maken. Hiervoor betrokken we experts uit gemeenschappen die vandaag de dag nog de doorwerking van koloniaal verleden ervaren en gingen we met elkaar in gesprek.

Onze woordkeuzes


Tot slaaf gemaakte en mensen in slavernij

Sinds 2018 gebruikt het museum ‘tot slaaf gemaakte’ in plaats van ‘slaaf’. Zo benadrukken we dat hier menselijke acties aan verbonden zijn. Iemand ís geen slaaf, maar wordt door een ander tot slaaf gemaakt. In de tentoonstelling wisselen we dit af met bijvoorbeeld ‘mensen in slavernij’: zo willen we steeds kenbaar maken dat slavernijgeschiedenis over mensen gaat: over kinderen, (groot)ouders, broers en zussen. 

Samenstellingen zoals slavenschepen

In de tentoonstelling handhaven we nog samenstellingen als ‘slavenfort’ om leesbaarheid te borgen. Het kan dat we dit in de toekomst wijzigen. 

Plantage

We zijn ons ervan bewust dat in Angelsaksische landen plantages vaak duidelijk(er) omschreven worden als ‘werkkampen’. Omdat ons publiek hier mogelijk nog niet bekend mee is, hebben we voor nu ‘plantages’ gehandhaafd. 

Ontvoeren en kidnappen

We kozen ervoor om passieve constructies als ‘schepen brachten slaafgemaakten’ directer te verwoorden in deze tentoonstelling waarbij we duidelijk maken wie wat deed. We zijn ons bewust dat mensenhandelaars mensen ontvoerden, tot slaaf maakten en zo familieleden en gemeenschappen gewelddadig uit elkaar trokken. Werkwoorden als ‘ontvoeren’ en ‘kidnappen’ zijn daarin helderder. 

Om dezelfde reden wisselen we ‘koloniën’ regelmatig af met ‘bezet gebied’. 

Inheems en oorspronkelijke inwoners

In de meeste gevallen kiezen we voor ‘oorspronkelijke bewoners’ in plaats van ‘Inheemsen’. Toch is er een uitzondering. Nazaten van oorspronkelijke gemeenschappen in Suriname kiezen namelijk zelf bewust voor het woord ‘Inheems’. Dit geldt ook voor onze experts uit de Kaliña- en Lokono-gemeenschap uit Suriname. Daarom kom je in de tentoonstelling soms ook het woord Inheems tegen. . 

We proberen zoveel mogelijk naar oorspronkelijke gemeenschappen te verwijzen met eigennamen die zij zelf verkiezen. Daarbij zijn we zo specifiek als mogelijk is. 

Nederland 

In tentoonstellingsteksten gebruiken we hedendaagse land- en gebiedsnamen vanwege de herkenbaarheid voor een lezer vandaag de dag. Dus ‘Nederland’ in plaats van ‘de Republiek der Verenigde Nederlanden’. 

Amerika’s

In veel Nederlandse teksten wordt er met de term ‘Amerika’ naar de Verenigde Staten verwezen. Wij kozen ervoor om met ‘Amerika’s’ te benadrukken dat Amerika een veel groter gebied omslaat.  Op sommige plekken in de tentoonstelling wordt ook de term Abya Yala gebruikt. Deze naam is op een internationaal congres voor oorspronkelijke gemeenschappen gekozen als de naam voor datzelfde gebied. 

Zwart en wit

Het Nederlandse woord ‘blank’ heeft positieve connotaties die niet bij een woord als ‘donker’ horen. In navolging van de gids Woorden doen ertoe1 van het Wereldmuseum, gebruiken we in Schaduwen op de Atlantische Oceaan daarom de meer neutrale kleurbeschrijvingen ‘zwart’ en ‘wit’ wanneer we het over huidskleur hebben. We wisselen dit af met ‘mensen van kleur’. Bij ‘zwart’ en ‘wit’ gebruiken we geen hoofdletters; alhoewel we ons bewust zijn dat ‘zwart’ door anderen wel met kapitaal  geschreven wordt (bijvoorbeeld in ‘de Zwarte beweging’).